Bagijnenhof

In de bevolkingsregistratie van Heumen over de periode 1830-1840 lezen we dat hier Peter Arts, landbouwer, woonachtig is. Hij werd geboren in Groesbeek in 1771 en overleed te Heumen op 6 mei 1857. Peter Arts was getrouwd met Maria Hopman die op 24 mei 1850 overleed.

Nijmeegsche Courant, woensdag 28 april 1847:
Brand
Men meldt ons uit Heumen op 24 april:
Gisteren morgen omstreeks half negen ontstond alhier brand in een aanzienlijke boeren hofstede, toebehorende aan de erven Daniel van Olst en door de landbouwer Peter Arts bewoond, welke in het varkenskot aangevangen, in weinig tijds bijna het gehele woonhuis, benevens een schaapskooi, verwoestte met veelvuldigen inboedel en have, hebbende men echter op één varken na al het vee kunnen redden.

Ware het geen kerkelijke bijzondere feestdag geweest, dan had eerdere hulp dit ongeval wellicht grotendeels kunnen voorkomen, maar de bewoners, zowel als het merendeel der buurt, waren schier allen op weg naar de kerk en het is aan de vaardige en doelmatige hulp der Mookse en Heumense brandspuiten, evenzeer als aan de belangstellende medewerking van een aantal kloeke mannen en vrouwen te danken, dat de felle brand zich niet verder verspreid heeft en korenschuur en bakhuis, benevens vele andere zaken zijn gered geworden. Zowel de gebouwen als de inboedel waren voor brandschade verzekerd.
De aanleiding tot de oorzaak van dit ongeval is bezwaarlijk op te sporen en niet te gissen.

opregte haarlemsche courant 12-4-1851

Veiling
De notaris W.D. van Roggen te Wijchen zal op woensdag 9 april 1851 ten huize van de erven Van den Heuij te Heumen, namens de erven Van Olst in het openbaar op hogen doen inzetten, om 14 dagen daarna finaal te worden verkocht.
Een zeer aanzienlijke bouwhof, de Bagijnenhof genaamd, staande en gelegen onder Heumen en gedeeltelijk onder Mook, tezamen groot 39 bunders 58 roeden 80 ellen, bestaande in nieuw gebouwd huis, schuur, schaaps- en varkenskooi, karrenschuur, voorts moeshof, bouw- en weiland en houtgewas, mitsgaders uiterwaarden hooiland, ter grootte van 3 bunders 3 roeden 90 ellen.
De veiling zal geschieden in percelen en massa’s, zo als bij biljetten zal worden gespecificeerd.
De voorwaarden van verkoop, zullen 14 dagen vóór de inzet ten kantore van de notaris Van Roggen ter lezing liggen.

Francis Arts huurt de Bagijnenhof volgens notariële akte van 6 oktober 1851 van Carel Hendrik Phaff.

Francis/Franciscus Arts, geboren te Heumen op 30 oktober 1813 en overleden te Mook op 9 december 1871. Hij trouwde te Heumen op 9 januari 1852 met Johanna Huberta Taks. Zij werd geboren te Hommersum op 18 oktober 1828 en overleed te Mook op 30 mei 1860. Dit echtpaar kreeg een dochter:

  1. Maria Johanna Arts, geboren te Heumen op 16 maart 1854.

Op 22 april 1858 wordt dit gezin uitgeschreven. Ze gaan naar Hommersum.

Op 1 mei 1858 komen op dit adres vanuit Neerbosch Lamert Lamers, zijn vrouw Johanna Pauwels en kinderen te wonen. Johanna Pauwels was weduwe van Johannes in ’t Hout toen zij op 27 februari 1834 in Nijmegen in het huwelijk trad met Lamert Lamers. Kinderen van Johanna  uit haar eerste huwelijk waren Petronella, geboren te Hees op 31 maart 1823, Allegonda geboren te Neerbosch op 2 januari 1826, Peter geboren te Neerbosch op 2 oktober 1829 en Adrianus in ’t Hout geboren te Neerbosch op 2 april 1831. Uit haar tweede huwelijk werd op 25 september 1836 te Neerbosch Hubertus Lamers geboren.

Provinciale Geldersche en Nijmeegsche Courant, 2 april 1871:
Openbare verkooping
van
Onroerende goederen
Ten overstaan van notaris C. Aldus te Nijmegen zullen aldaar aan de Grootestraat ten huize van de sociëteithouder J. van Dam in het openbaar op donderdag 13 april 1871 bij inzet en op donderdag 13 april 1871 bij toewijzing telkens des voormiddags ten 11 ure precies worden geveild
De hofstede de Bagijnenhof onder Heumen en onder Mook gelegen bestaande in huis, schuren, bouw- en weiland en bosgrond ………. (zie advertentie)

arnhemsche courant 4-4-1871
arnhemsche courant 18-4-1871

Bij deze publieke verkoping is Peter in ’t Hout eigenaar van Bagijnenhof geworden.

In het bevolkingsregister over de periode 1870-1890 lezen we dat hier Peter in ’t Hout met zijn gezin en personeel woonachtig is.
Peter in ’t Hout, geboren te Neerbosch op 5 oktober 1829 en overleden te Heumen op 28 september 1914. Hij trouwde te Ottersum op 12 november 1869 met Hendrika Anthonetta Wijers. Zij werd geboren te Ottersum op 28 april 1838 en overleed te Heumen op 9 februari 1891. Kinderen van dit echtpaar:

  1. levenloos geboren kind, Heumen 30 mei 1875.
  2. Peter Johannes in ’t Hout, geboren te Heumen op 19 oktober 1870 en aldaar overleden op 25 april 1908.
  3. Lambertus in ’t Hout, geboren te Heumen op 5 oktober 1872 en aldaar overleden op 15 november 1937. Hij trouwde met Maria Johanna Arts.

Peter in ’t Hout hertrouwde op 16 augustus 1891 met Mechelina Hendriks. Zij werd geboren te Zeeland (Noord Brabant) op 23 april 1838 en overleed te Heumen op 25 december 1909.

Mechelina Hendriks benoemde in haar testament echtgenoot Peter in ’t Hout als haar enige erfgenaam en bij zijn vooroverlijden zou dat Lambertus in ’t Hout worden.

In de periode 1913-1920 staat bij hoofdbewoner Lambertus in ’t Hout, landbouwer, geboren te Heumen op 5 oktober 1872. Zijn vader Peter overleed aldaar op 28 september 1914.

pgnc 2-2-1918

Hij (Lambertus in ’t Hout) verkocht op 23 maart 1916 in een openbare verkoop van koop I bestaande uit het huis en verdere gebouwen met tuin, bouwland en weiland definitief na verschillende biedingen voor Johannes Ludovicus Reijs (ook genoemd Jan Reijs) voor 5110 gulden. Hij werd dus de nieuwe eigenaar.

 

Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed:
Rijksweg 208. ‘De Bagijnenhof’.
De pilaster-muurdammen tegen het voorhuis zijn later aangebracht. Tijdens de in 1974 uitgevoerde restauratie is het bedrijfsgedeelte aanzienlijk ingekort en voor bewoningsdoeleinden geschikt gemaakt.
In het verslag van de Monumentencommissie 1971 in Gelre LXVI lezen we:

“De eigenaar van het beschermde monument Rijksweg 208 verzocht in 1968 een sloopvergunning. Hij wenste in plaats van dit pand een moderne woning te bouwen. Het monument is een boerderij op T-vormige plattegrond, die in de eerste helft van de 19de eeuw met gebruikmaking van oudere materialen moet zijn gebouwd. [dat kan kloppen zie brand van 1847].
Hoewel uw college ingevolge ons advies de minister van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk in overweging gaf geen vergunning te verlenen, bleek later dat deze waarschijnlijk wel verleend zou worden. Voordat echter een beschikking was getroffen, verleende het gemeentebestuur de eigenaar toestemming een nieuwe burgerwoning te bouwen naast het betrokken monument, mits dit zou worden afgebroken. In dit jaar kwam de nieuwe woning gereed.

Inmiddels waren door een jong gezin pogingen ondernomen de boerderij te redden en na restauratie als woning te betrekken. Aan ons werd verzocht hierbij te bemiddelen. Het bleek ons dat de nieuwe woning gebouwd was in strijd met het gewenste planologische beleid voor het buitengebied en dat formeel gezien de oude boerderij zou moeten verdwijnen. Wij berichtten uw college desgevraagd dat de boerderij voldoende kwaliteiten bezat om haar behoud als monument én woning te rechtvaardigen. Uw college was ten slotte van oordeel dat de boerderij een karakteristiek pand vormt dat behouden moet blijven. De boerderij, die plaatselijk bekend staat als De Bagijnenhof, is hoogst waarschijnlijk een opvolgster van een in de 17de eeuw gebouwd huis.”

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *