Bijenstal

Een bijenstal

Een bijenstal of bijenhal is een plaats waar een imker een aantal bijenkorven of –kasten heeft staan, meestal beschut door een wal en/of afdak en omgeven door voor de bijen aantrekkelijke beplanting. Bijen houdt men voor de productie van honing en was en voor de bestuiving van onder andere fruitbomen. In Molenhoek stonden heel veel fruitbomen. Bovendien waren er heidevelden, ook in de directe omgeving, aanwezig.
Veelal hadden gebieden in de lage landen hun eigen specifieke traditionele bijenkorf. De meeste bijenkorven werden uit (rogge) stro of buntgras vervaardigd. Maar ook werden wilgentenen gebruikt zoals in Brabant en in Limburg.
Het nadeel van bijenkorven was dat het verwijderen van de honing gepaard ging met schade aan het broed en aan de bijen. Vaak werden de korven beschadigd met het oogsten en moesten de bijenkorven regelmatig gerepareerd of vervangen worden.
Daarom gebruikt men in de bijenhouderij nu vaak houten kasten met honingramen waarin de bijenraten zitten. Deze ramen hebben standaardafmetingen, zodat de imker ze kan uitwisselen tussen verschillende kasten. Het is daardoor mogelijk om de bijenkast te inspecteren en makkelijk honing te oogsten, broed uit te wisselen tussen kasten enz. Met honingoogst wordt het raam met honing eruit genomen en vervangen door een leeg raam of een raam met een stuk kunstmatig vel van bijenwas waar een honingraatpatroon in is aangebracht. In het nieuwe raam gaan de bijen weer aan de gang met bouwen met hun raat. De bijenkast met uitneembare ramen werd in 1838 uitgevonden door de Poolse priester Jan Dzierzon.

In Molenhoek zijn drie bijenstallen uit vroegere tijden bekend:
De paters Passionisten hadden aan de Stationsstraat in hun kloostertuin achter het klooster een bijenhal en in 1964 vroegen zij toestemming om deze bijenhal te mogen uitbreiden.

 

Aan de Stationsstraat was nog een bijenstal.

J.C. Reijn, Stationsstraat 24, krijgt in maart toestemming voor de bouw van een bijenstal.

Rijksweg 8.

Dhr. J.H. Hendriks dient op 20 augustus 1946 een verzoek in om een bijenhal te mogen bouwen aan de Rijksweg. Op 28 oktober ontvangt hij toestemming nadat de gemeente-architect aangegeven heeft geen bezwaar te hebben.

 

In 1956 krijgt Hendriks toestemming om bergruimte voor bijenbenodigdheden te bouwen.

In 1971 wordt deze bijenhal tot garage en berging omgebouwd.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *