In 1842 vestigde zich in dit pand de ijzersmid, later grof- en hoefsmid Peter Keukens.
Peter Keukens, geboren te Heumen op 24 december 1807 als zoon van Lambertus Keukens en Petronella Poelen en aldaar overleden op 25 september 1889. Hij trouwde te Heumen op 14 mei 1842 met Johanna Wilhelmina Kunen/Kuenen. Zij werd geboren te Cuijk op 26 februari 1815 als dochter van Antoon Kuenen en Bernardina Derks en overleed te Heumen op 18 januari 1875.
Kinderen van dit echtpaar:
- Petronella Bernardina, geboren te Heumen op 24 februari 1843 en aldaar overleden op 7 maart 1931. Zij trouwde te Heumen op 1 juli 1879 met Antonius van Heeswijk.
- Johanna Agnes, geboren te Heumen op 26 november 1845 en overleden te Mook op 22 oktober 1905. Zij trouwde te Heumen op 26 mei 1876 met Antonius Robbers.
- Lamberta Antonia, geboren te Heumen op 26 december 1848 en aldaar overleden op 19 maart 1919.
- Hendrika, geboren te Heumen op 9 januari 1852 en aldaar overleden op 16 maart 1931.
- Wilhelmina, geboren te Heumen op 15 juni 1854 en overleden te Gassel op 27 maart 1930. Zij trouwde te Heumen op 22 november 1878 met Hermanus Janssen.
- Lambertus Peter Georgius, geboren te Heumen op 2 oktober 1856 en overleden te Silvolde op 10 januari 1945.
Lambertus Peter Georgius Keukens wordt na het overlijden van de ouders de hoofdbewoner. Samen met zijn zussen Lamberta en Hendrika woont hij dan op dit adres. Later nemen Petronella Bernardina, die inmiddels weduwe is geworden, met haar dochter Antonia Johanna Maria van Heeswijk hier ook hun intrek.
Op 10 april 1890 werd hen vergunning verleend voor de verkoop van sterke drank in het klein in de de voorkamer rechts van het huis. Op 30 april werd gemeld dat men dit wenste voort te zetten. Bij het beroep van Lambertus Peter Georgius Keukens staat vermeld herbergier, winkelier en smid.
Met ingang van 15 februari 1920 vestigde zich in dit pand van Keukens aan de Rijksweg vanuit Mook Jean François Verster, arts, geboren te Amsterdam op 26 januari 1889 als zoon van Jean François Verster en Anna Geertruida van Nieuwkuijk. Hij trouwde te Groningen op 30 december 1919 met Foktje Jacoba Waterborg, geboren te Groningen op 10 februari 1888 als dochter van Harm Waterborg en Harmina Ritsema, die van beroep lerares wiskunde was.
Met ingang van 1 juli 1921 werd dokter Verster benoemd tot gemeente-geneesheer te Heumen die tevens belast is met de armenpraktijk. Hij liet het huis zodanig verbouwen dat de smederij niet meer genoemd wordt in de kadastrale legger.
Het echtpaar kreeg in Heumen enkele kinderen en vertrok op 25 september 1928 naar Grootegast. Met ingang van 16 september 1928 ontving hij eervol ontslag als gemeente-geneesheer.
De volgende bewoner werd per 1 september 1928 dokter Antonius Bernardus Gerritsen. Dokter Gerritsen werd op 2 juli 1893 in Nijmegen geboren en legde begin 1928 zijn artsenexamen af. Enkele maanden daarna vestigde hij zich in Heumen-Molenhoek waar hij spoedig benoemd werd tot gemeentegeneesheer.
Antonius Bernardus Gerritsen, geboren te Nijmegen op 2 juli 1893 als zoon van Michael Petrus Johannes Gerritsen en Paulina Francisca Bakelmans. Hij trouwde te Westdorpe op 20 augustus 1929 met Margaretha Maria Ghislaine van Acker. Zij werd geboren te Westdorpe op 29 juli 1899 als dochter van Ferdinandus Arthurus van Acker en Maria Christina Cammaert en overleed te Heumen op 13 september 1938.
Kinderen van dit echtpaar:
- Michael Petrus Johannes, geboren te Heumen op 1 juni 1930.
- Maria Theresia Pauline, geboren te Heumen op 28 april 1931.
- Paul Arthur Maurice, geboren te Heumen op 13 juli 1932.
- Robert Johannes Franciscus, geboren te Heumen op 21 november 1933.
- Carla Gemma Margaretha, geboren te Heumen op 17 maart 1935.
- Rudolf Arnold Marie, geboren te Heumen op 15 augustus 1936.
- Elisabeth Maria Louisa Johanna, geboren te Heumen op 9 december 1937.
Antonius Bernardus Gerritsen hertrouwde met Maria E. de Gruijter.
Talloos zijn degenen die onder zijn energieke leiding het EHBO-diploma haalden en naar schatting ruim 3000 inwoners van Heumen, Malden, Mook en Overasselt hielp hij ter wereld komen.
Niet alleen bij zijn zilveren jubileum in 1953, maar ook bij zijn afscheid ruim vijf jaar later werd hij in een speciale raadsvergadering uitbundig gehuldigd. Die huldiging was een bewijs dat hij zich als arts een vooraanstaande plaats had verworven binnen de gemeenschap waarvoor hij werkte. Die genegenheid van de bevolking dankt hij aan de manier waarop hij zich inzette voor zijn werk, aan zijn zorg voor de behoeftigen in het gebied, vooral ook in de bange oorlogsdagen. Hij verdiende toen ook zijn sporen in het verzet.
In 1943 werd het de arts en jazzmuzikant Boy Edgar (pseudoniem van George Willem Fred Edgar) en zijn Joodse vrouw Mimosa Frenk te heet onder de voeten door alle razzia’s in Amsterdam. De jonge arts werd assistent van de dorpsdokter, dokter Gerritsen, in Heumen. Het echtpaar woonde met hun teckels in een kamer boven het café ‘De eerste aanleg’ geheten en in de oorlog ‘Het Begijnhof’.
Boy Edgar reisde zolang dat kon nog vaak heen en weer naar Amsterdam. Op de terugweg nam hij vaak joodse kinderen mee die gevaar liepen om opgepakt te worden. Of kinderen die hij of zijn vrienden hadden vrijgekocht, door Duitse soldaten om te kopen. Hij bracht hen daarna onder in Malden, Mook en Nijmegen. Soms ging dat goed, soms vroegen schuiladressen te veel geld, soms werden ze verraden.
In het dorp Heumen heeft de werkgever van Boy, dokter Gerritsen, in het café in de Dorpsstraat een gemeentelijk noodziekenhuis opgericht waar beide artsen zieken verzorgden.
Boy Edgar werd ‘de zwarte dokter’ genoemd vanwege zijn Armeens-Indische wortels. Tegen het einde van de oorlog werd Boy gezocht door de Duitsers en was het jonge paar plots verdwenen, maar historicus Geert Dibbets weet te vertellen dat Boy en Mimosa waarschijnlijk helemaal niet weg waren, maar zich op de zolder schuilhielden.
Boy Edgar (1915-1980) kreeg in april 2018 de Yad Vashem-onderscheiding.
De volgende eigenaar werd Gerrit van de Valk.
Hij maakte er een Indisch restaurant ‘Soedi Mampir’ van. Het is er maar een korte tijd geweest. Nadat in dit pand kamerverhuur, een drankzaak en alternatieve geneeskunde hebben gezeten is het tenslotte gesloopt.
Op de plaats waar het huis stond is nu een parkeerterrein voor Van de Valk.